E3 is van oudsher een retailshow. Publishers, distributeurs, grote winkelketens en pers verzamelden zich in Los Angeles om te bepalen wat er in de winkelschappen kwam te liggen. Nu games steeds meer digitaal over de toonbank gaan moet The Entertainment Software Association (ESA), de organisatie achter E3, een nieuwe bestaansreden voor E3 zien te vinden. Hierbij richten ze zich op de consument.
Vorig jaar keek ESA voor het eerst naar consumenten als bezoeker, dit nadat EA besloot geen plek op de show te huren, maar om in dezelfde week onder de naam EA Play een eigen event voor gamers te hosten. Ze organiseerden E3 Live, een evenement waarbij gamers op een steenworp afstand van het LA Convention Center de show mee konden beleven. Waar EA Play succesvol bleek werd E3 Live een teleurstelling. Mensen stonden lange tijd in de brandende zon te wachten om toegang te krijgen tot games die het bij lange niet haalden bij de titels die er binnen E3 te spelen waren.
Gooi de deur maar open
Consumenten willen dus meer deel uitmaken van de echte show en wat is er dan logischer om ze gewoon toegang te geven. Toen ESA bekendmaakte dat ze 15.000 gamers toegang zouden geven tot E3 zelf hielden velen hun hart vast. Welke gevolgen zou dit hebben voor de 50.000 zakelijke bezoekers, en het evenement zelf? Zoals verwacht liepen de consumenten de professionals, die van meeting naar meeting hollen, voor de voeten. Op sommige plaatsen was er geen doorkomen aan, waardoor mensen veel te laat kwamen voor hun afspraak, of deze soms zelf helemaal misten. De beveiliging wist ook lang niet altijd wat ze met de verschillende stromen bezoekers aanmoesten. Ze verwezen media naar het eind van lange rijen, waar die er vervolgens door medewerkers van E3 weer uit werden gevist om alsnog snellere toegang te krijgen.
Een bomvolle Nintendo stand
Volle stands en lange rijen
De consumenten waren ook niet blij. Zij hadden $249 neergeteld voor hun kaart en de verwachtingen waren hoog. Een aantal gamers dachten dat de kaart ook toegang zouden hebben tot de grote persconferenties. Dat was de eerste teleurstelling. En hoewel velen blij waren dat ze er überhaupt bij konden zijn, waren de lange wachttijden om games te spelen reden tot veel gemopper. Er was een stand die baat had bij de grote drukte. Veel gamers die indie titels normaal over zouden slaan, probeerden nu verschillende games op de Indiecade-stand, omdat ze daar wel binnen korten tijd een controller in de hand hadden.
Ook bij Ubisoft is het lang wachten geblazen
Wat nu?
Dat E3 niet op de oude voet verder kan is duidelijk. Hoewel Activision, na hun afwezigheid vorig jaar, dit jaar weer terug was met een grote stand, zijn er verschillende bedrijven die afhaken. EA lijkt E3 definitief de rug toegekeerd te hebben. Grote nieuwe spelers als Wargaming en Oculus hebben het geprobeerd, maar zijn nu niet meer aanwezig. Microsoft had dit jaar een stand die flink kleiner was dan voorgaande jaren en ook Square Enix, Take Two en Twitch leverden ten opzichte van 2016 vierkante meters in. Er moet dus wat veranderen wil E3 haar bestaansrecht houden. Wat de juiste formule is blijft echter nog even zoeken.