Tijdens Control Conference 2015 kregen we al een voorproefje, maar vandaag is de volledige Gamesmonitor 2015 gepresenteerd. Het aantal bedrijven nam flink toe, van 321 naar 455, maar van alle bedrijven die in 2011 actief waren zijn er 110 gestopt, al dan niet vrijwillig. Van de nog bestaande bedrijven houdt het grootste deel zich bezig met entertainment games – vier jaar geleden waren serious gamebedrijven nog het best vertegenwoordigd. Het aantal arbeidsplaatsen is met 300 toegenomen. Tijdens de meeting in 2011 waren er 2.730 banen, bij de recente telling komt men tot 3.030*. Veruit het grootste deel van deze banen en bedrijven zijn te vinden in Amsterdam, 787 banen bij 89 bedrijven. Rotterdam is de op een na grootste. Met 273 arbeidsplaatsen verslaan zij nipt Utrecht, waar 262 banen zijn.
Er is absolute groei, zowel in bedrijven als werkgelegenheid. Maar hoe het staat het met de stabiliteit van die groei? De helft van de bedrijven is minder dan vier jaar oud en het grote aantal afvallers ten opzichte van de vorige monitor stelt niet gerust.
Onderwijs
Het aantal opleidingen in Nederland is de laatste jaren ontzettend gegroeid. In eerste instantie op aandringen van de industrie zelf, omdat er geen gespecialiseerde opleidingen waren, maar met 1.639 studenten lijkt het aanbod te zijn doorgeschoten. Als je het aantal studenten legt naast de mate van groei, dan kan je op je vingers natellen dat veel van hen geen baan vinden in gamedevelopment.
Hier wordt de laatste tijd terecht veel over gesproken. Ook in het verleden was dit gesprek van onderwerp. Zo stond er in mei 2008 in Control: “De huidige status van het gamesonderwijs in Nederland houdt het midden tussen hype en volwassenwording. Hype omdat de snelheid waarmee het aantal aangeboden studies en onderdelen daarvan toeneemt onderantwoord hoog is; volwassenwording omdat de eerste studenten afstuderen, in de praktijk ontdekken wat wel en wat niet zinnig was aan de opleiding en dat terugkoppelen.” In januari 2010 besteedde Control wederom aandacht aan gamesopleidingen, dit keer met een focus op kwaliteit. Ook in dit stuk van Niels ’t Hooft een verwijzing naar het groeiende aantal opleidingen: “Sommige mensen maken zich grote zorgen over de aantallen afgestudeerden die straks van de scholen gaan komen.”
Maar is dit een specifiek probleem van de gamesindustrie of meer een gevolg van het huidige onderwijsbeleid? Opleidingen worden betaald op basis van het aantal studenten dat ze afleveren, niet op basis van baangarantie. Daarnaast is vanuit studenten de vraag naar gamesopleidingen groot. Dan is één en één waarschijnlijk snel twee. De meeste opleidingen zijn te goeder trouw, maar voor sommige opleidingen is het aanbieden van een gamesopleiding wellicht een makkelijk manier om de knip vullen en dat is een slechte zaak.
NRC
NRC grijpt de presentatie van de Gamesmonitor 2015 aan voor het schrijven van een kritisch stuk. Voormalig voorman bij de NLGD, Seth van der Meer wordt uitgebreid geciteerd over opgeklopte cijfers uit het verleden die er, volgens NRC, nu voor zorgen dat menig student kansloos is op de arbeidsmarkt. Volgens de schrijvers zijn er een flink aantal mensen geïnterviewd, maar de quotes lijken vrij eenzijdig nogal. Zo blijft er uit het gesprek dat NRC met DGA voorzitter Horst Streck had alleen over dat er jarenlang een hosannastemming heerste. Dat doet vermoeden dat er, en dan druk ik het zachtjes uit, selectief is geciteerd. Uitgebreider aan het woord komt 3D artist Bas Vegter, die nu in een kaasfabriek werkt, omdat hij in de games geen werk kan vinden. Vegter in het stuk: “Wat ik het ergste vind is dat scholen de game-industrie als iets cools aanprijzen en daar geld mee verdienen, waarna de studenten in een hopeloze situatie terechtkomen.” In een door de NHL student geplaatste rectificatie op Facebook geeft hij echter aan dat dit niet is wat hij heeft gezegd.
Het rammelt
Over de cijfers waar het artikel naar verwijst bestaat ook twijfel. In een post, eveneens op Facebook, wijst Ivo Lindhout van GamePoint op maar liefst 62 vacature die hij in korte tijd bij elkaar scharrelt op de websites van een handvol bedrijven, zoals Guerrilla Games, GamePoint zelf, OrangeGames, Poki, Gamehouse, Spil en Game Basics. Niet dat dat gelijk de honderden studenten die aan het einde van het schooljaar een baan zoeken uit de brand helpt, maar het geeft wel aan dat het cijfermateriaal wat NRC gebruikt rammelt. Wat verrassend is, aangezien de mores van hun verhaal juist is dat rammelende cijfers vervelende gevolgen kunnen hebben. Dat er in het artikel volledig voorbij wordt gegaan aan de financiële crisis die tussen de eerste cijfers en de dag van vandaag heeft plaatsgevonden maakt de boel ook niet geloofwaardiger.
Cijfertjes
Dit was dus de dag van de cijfers. Aan de ene kant de Gamesmonitor die goed en minder goed nieuws bracht. Aan de andere kant NRC, die een waar doemscenario schets op basis van, wat lijkt, niet erg gedegen onderzoek. En daar moeten we het vandaag als industrie mee doen.
*Een oplettend lezer zal opmerken dat de getallen over 2011 die ik hier noem niet overeenkomen met de vorige gamesmonitor. Dat klopt, door het strenger toepassen van de criteria zijn de cijfers van de vorige monitor bijgesteld.
Beeldmateriaal is afkomstig uit de Gamesmonitor 2015