Carla Hoekendijk is een van de mensen die de gamesopleiding aan de Hogeschool van Amsterdam wist op te starten. Zij reageert op de column van Ranj CEO Michaël Bas in de vorige editie van Control. Bas maakte bezwaar tegen hogescholen die zich opwierpen als concurrentie voor de studio’s waar hun eigen studenten later een baan moeten vinden.
“Het onderwijs op MBO, HBO en WO-niveau probeert aan te sluiten bij de vragen uit het bedrijfsleven. Op de Hogeschool van Amsterdam, evenals op alle andere HBO-opleidingen, hebben we het dan ook over competenties en praktijkgestuurd onderwijs.
Met het zoeken naar extra geldstromen en subsidiegelden ontstaat er steeds meer verwarring over de positie van die universiteiten en hogescholen. Steeds meer lijken opleidingen zich te profileren als de ondernemingen waarvoor ze de studenten opleiden – met als gevolg het door Michaël Bas in de vorige Control beschreven staaltje van oneigenlijke concurrentie.
Ook op de Gamesdevelopment-opleiding aan de Hogeschool van Amsterdam krijgen we met enige regelmaat de vraag binnen of we niet een leuke opdracht willen doen met onze studenten voor charitatieve, non-profit, maar even zo goed voor ronduit commerciële opdrachtgevers.
De argumenten zijn veelal dat het zo leuk is voor de studenten, goed is voor hun portfolio en natuurlijk, lekker goedkoop. De verbijstering als wij daar ‘nee’ tegen zeggen, wordt meestal gevolgd door stilte. Daar maken we dankbaar gebruik van om uit te leggen dat we als opleiding voor de creatieve industrie ons een dergelijke positie niet kunnen veroorloven: dan hebben studenten een leuke opleiding, maar bieden we geen beroepsperspectief. Dat is korte termijn-politiek, slecht voor de opleidingen, slecht voor de industrie.
In mijn optiek moeten we hier met elkaar – industrie en onderwijs – een oplossing voor vinden. Op de HvA positioneren we de Gamesdevelopment-opleiding als het R&D van het MKB: als hogescholen kunnen we onderzoek doen waar veel gamebedrijven niet aan toe komen en kunnen we bijdragen aan een gezonde industrie. Die relatie is in ons aller belang.
Als hogeschool hebben we de vragen van de industrie nodig om studenten aan relevante ervaring te helpen, als industrie kunnen we gebruik maken van onderzoek door gemotiveerde studenten. Samenwerken lijkt daarbij het sleutelwoord. We zijn op zoek naar gemotiveerde bedrijven om samen te laten zien dat het anders kan. Wie doet er mee?”
Carla Hoekendijk